U bent hier
Doodstraf op aanvraag komt dichterbij
"Er bestaat in België een sluipend risico op 'doodstraf on demand'." Dat stelt N-VA-senator en arts Louis Ide. Hij reageert daarmee op de vraag van F. VDB, de geïnterneerde in gevangenschap die euthanasie wil plegen omdat hij psychisch, uitzichtloos en ondraaglijk lijdt.
In België zijn er ruwweg vierduizend geïnterneerden. Ze waren op 1 februari 2011 met 1106 in de gevangenissen - tien procent van de Belgische gevangenisbevolking. Geïnterneerden zitten vast voor feiten die gaan van moord en verkrachting tot tasjesdiefstal. De kruimeldieven worden in Gent snel en terecht gereïntegreerd in de maatschappij. In Antwerpen zitten ze al snel dertig jaar in de gevangenis opgesloten. Justitie als loterij, het kan tellen.
Nederland
Je bent in België geïnterneerd of niet. Er is geen gradatie zoals in Nederland. Een geïnterneerde in ons land is automatisch ontoerekeningsvatbaar. Hoe leg je dan in godsnaam uit dat iemand wel wilsbekwaam is om euthanasie aan te vragen? Want anders kan het niet. Hoe valt dat te rijmen? Het is medisch eenvoudig uit te leggen, alleen volgt de wetgeving niet. Dat hebben ze in Nederland al langer door, maar in België leven we wat dat betreft nog in de middeleeuwen.
Een geïnterneerde die pakweg lijdt aan een chorea van Huntington - een verschrikkelijke neurologische degeneratieve aandoening - zal naar alle waarschijnlijkheid een positief advies tot euthanasie krijgen. De ziekte weegt psychisch bijzonder zwaar door. De zelfmoordcijfers bij die patiënten lagen bijzonder hoog toen de euthanasiewet nog niet bestond. Ook voor een geïnterneerde kan dat ziektebeeld tot de vraag naar levenseinde leiden.
Heldere momenten
Anders gesteld: als de geïnterneerde zwaar psychotisch is en waarschijnlijk psychotisch was op het moment dat hij of zij de feiten pleegde, kunnen er momenten zijn die helder zijn en waarbij de ziekte minder speelt. Daardoor kan er een vorm van wilsbekwaamheid zijn, maar de evaluatie is hier al moeilijker.
Daarom is het essentieel gradaties in te voeren bij het vastleggen van de ontoerekeningsvatbaarheid. De Nederlanders beschikken over een observatorium - het Pieter Baan-centrum - waar wordt geoordeeld in hoeverre een dader toerekeningsvatbaar is. Er zijn vijf gradaties en in bepaalde situaties ontslaat dit een laag ingeschaalde geïnterneerde niet van de verantwoordelijkheid voor zijn of haar daden.
De inschaling bepaalt ook de manier van opvangen van de geïnterneerde. Vanzelfsprekend zijn er geïnterneerden die eigenlijk nooit meer in de maatschappij zouden mogen functioneren, omdat ze er een regelrecht gevaar voor zijn. Nederland vangt die 'zwaar ingeschaalde geïnterneerden' op in long term facilities waar ze worden ontrokken aan de maatschappij en terecht nooit meer vrij komen.
Euthanasiecommissie
De Nederlandse filosofie onttrekt mensen uit de maatschappij, desnoods levenslang, biedt ze een zorgtraject aan én houdt ze verantwoordelijk voor hun daden. Een humane oplossing die ook veilig is voor de maatschappij. In de Nederlandse filosofie zou de Belgische euthanasiecommissie met meer kennis juistere toekomstige adviezen kunnen formuleren. Voor F. VDB kan dat advies wel juist zijn, maar wanneer het andere vragen oproept, wordt het moeilijk. Het is bijvoorbeeld niet ondenkbaar dat een fenomeen gaat spelen als in Die leiden des jungen Werthers. Goethes boek over de zelfmoord van de jonge Werther veroorzaakte in de 18de eeuw een golf van wanhoopsdaden.
De Belgische situatie leidt tot fundamentelere vragen waarover de advocaat van de geïnterneerde zich had moeten buigen als lid van de raad van bestuur van de Liga voor Mensenrechten: wie garandeert dat een euthanasievraag uit de gevangenis, door een geïnterneerde of gedetineerde, niet 'geïnspireerd' is door anderen? Is voor geïnterneerden de context, de uitzichtloze situatie in de gevangenis, niet van die aard dat er een hoger risico op inductie bestaat? Met andere woorden: de vraag rijst of de samenleving niet verantwoordelijk is voor een situatie waardoor aan de geïnterneerde de vraag tot levensbeëindiging wordt gesteld in plaats van aan de maatschappij zelf.
Wie staat er borg voor het tegendeel? Niemand, bij mijn weten, en dus bestaat er in België een sluipend risico op ‘doodstraf op vraag’.
Bron: Tertio