U bent hier
Slechts 1 op 10 stempelt elektronisch

Sinds 2014 kunnen werkzoekenden elektronisch stempelen, maar haast niemand maakt daar gebruik van.
Slechts een op de tien werklozen vulde vorig jaar zijn stempelkaart online in. Dat blijkt uit cijfers die Kamerlid Wouter Raskin (N-VA) heeft opgevraagd bij minister van Werk Kris Peeters (CD&V). 'Absurd', zegt Raskin. 'De minister moet die marginale cijfers drastisch verhogen.'
De elektronische stempelkaart werd in 2014 ingevoerd. Zij moest het voor werkzoekenden eenvoudiger maken om hun uitkering te krijgen. Toch lijkt drie jaar later bijna niemand het digitale alternatief op de klassieke papieren stempelkaart te gebruiken.
'Papieren kaarten zijn veel fraudegevoeliger dan hun elektronische tegenhanger', zegt Raskin. 'Ik wil niemand met de vinger wijzen, maar ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat er in die grote groep mensen zitten die het papieren systeem verkiezen om te frauderen.'
Digitale kloof
'Veel te kort door de bocht', reageert het ACV. 'Van werkzoekenden kan je niet zomaar verwachten dat zij allemaal een computer hebben én de vaardigheden om die te bedienen.'
Ook Kris Peeters vindt niet dat mensen een smartphone of een computer met internetverbinding moeten bezitten om recht te hebben op een uitkering.
Vandaag heeft 15 procent van de Belgische gezinnen thuis geen internetverbinding. Het federaal steunpunt armoede spreekt van een 'digitale kloof': vooral lager opgeleiden, ouderen, maar ook werklozen vallen vaak uit de digitale boot.
'Ik zal niet ontkennen dat er mensen zijn zonder internetverbinding', reageert Raskin. 'Maar de meesten hebben vandaag toch toegang tot een smartphone, tablet of computer. Zelfs asielzoekers staan via gsm in contact met hun familie. Zo ver als verplichten hoeven we niet noodzakelijk te gaan, en voor wie elektronisch stempelen echt geen optie is, kan steeds een oplossing uitgewerkt worden.
Maar dat betekent niet dat de minister geen stappen moet zetten om meer werklozen over de streep te halen. De ambitie mag gerust wat hoger liggen.'
Bron: De Standaard © Mediahuis 2017